Van de Molukkers kunnen we zoveel leren

Van de Molukkers kunnen we zoveel leren

In het integratiedebat zijn weinig lessen meegenomen uit de Molukse kwestie. Dat stelt Fridus Steijlen, die vandaag wordt geïnstalleerd als hoogleraar Molukse migratie en cultuur. ,,Het Molukse verhaal is belangrijk in de geschiedenis van multicultureel Nederland.”

Toen de laatste nog levende Molukse oud-KNIL-militairen enkele maanden geleden van Defensie eerherstel kregen, was Fridus Steijlen (61) sceptisch. De ceremonie op een chique landgoed, waar een handvol krasse oudjes een medaille en de veteranenstatus kregen van de inspecteur-generaal der krijgsmacht, had in zijn ogen veel weg van een publiciteitsstunt.

,,Iedereen die in een gewapend conflict voor Nederland heeft gevochten, is automatisch veteraan’’, zegt Steijlen. ,,Als je de daarbij behorende rechten wilt genieten, moet je die status officieel aanvragen. Tientallen Molukkers hebben dat in het verleden gedaan. Soms werd een aanvraag afgewezen, omdat er volgens Defensie onvoldoende bewijs was, maar dan hielp het Veteraneninstituut zoeken.’’

Vergeten

De inspecteur-generaal stapelde in zijn onderbouwing de ene onjuistheid op de andere over de komst van de Molukkers, hun plotselinge ontslag uit het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL) en het politieke rumoer daaromheen.

Hij ging voorbij aan het feit dat Defensie zelf de Molukkers altijd heeft ‘vergeten’. En dat Defensie er niet bij was toen Molukse ouderen in 1986 ‘als waardering voor hun inzet’ een penning kregen en een jaarlijkse uitkering van 900 euro – het bedrag van een retourtje naar de Molukken.

Een typisch voorbeeld van gebrek aan historisch besef in Nederland, zegt Steijlen. ,,De opheffing van het KNIL wordt elk jaar herdacht, maar pas sinds 2016 worden daarvoor ook Molukkers uitgenodigd. Nu had de inspecteur-generaal iets gelezen op internet en hij is daarna zonder zich goed te laten informeren aan de slag gegaan.’’

Het Molukse verhaal verdween

Binnen de onderzoeks­we­reld verdween het Molukse verhaal

Fridus Steijlen

Dat het in Nederland ontbreekt aan kennis rechtvaardigt de leerstoel Molukse migratie en cultuur in comparatief perspectief aan de VU in Amsterdam. Steijlen wordt daar vandaag als hoogleraar geïnstalleerd, bijna 67 jaar na de komst van 12.500 Molukse KNIL-militairen en hun gezinsleden.

Zijn onderzoek richt zich op drie thema’s: de rol van etnische soldaten (Molukkers waren elitesoldaten in het KNIL), de relatie tussen Molukkers in Nederland en op de Molukken en de positie van Molukse organisaties.

,,Binnen de onderzoekswereld verdween het Molukse verhaal’’, zegt antropoloog Steijlen. ,,Dat verhaal is belangrijk, omdat het bijzonder is geweest voor de geschiedenis van multicultureel Nederland. Dat zit in de manier waarop ze hier zijn gekomen en hoe de overheid haar minderhedenbeleid vormgaf.’’

Tijdelijkheid

De Molukkers, die tijdens de dekolonisatieoorlog in Nederlands-Indië aan de kant van de Nederlanders vochten, kwamen na de onafhankelijkheid van Indonesië en opheffing van het KNIL in een lastig parket. Ze mochten van Indonesië niet naar naar huis vanwege de proclamatie van de Republiek der Zuid-Molukken (RMS) en werden in afwachting van een oplossing naar Nederland gebracht, waar ze werden geïsoleerd in kampen. Ze werden niet gestimuleerd om te werken. ,,Er zat een enorme druk op de tijdelijkheidsgedachte, ook vanuit de Molukse gemeenschap zelf.’’

Het ontslag uit het KNIL, direct na aankomst in Nederland, is de basis van een collectief trauma en een diepgeworteld wantrouwen naar de Nederlandse overheid, dat van generatie op generatie gaat. De frustraties over het uitblijven van een terugkeer naar de RMS leidde in de jaren 70 tot gewelddadige gijzelingsacties door Molukse jongeren.

Steijlen vindt het goed dat nabestaanden van de treinkaping bij De Punt (1977) voor de rechter openheid van zaken proberen te krijgen over de gewelddadige beëindiging. ,,Maar de rechtszaak verengt de discussie tot een casus van daders en slachtoffers. Dat ontneemt het zicht op de bredere context. Soms wordt een trauma opnieuw uitgevonden. Elke generatie heeft haar eigen interpretatie. Dat de Molukkers een RMS was beloofd door de Nederlandse regering, is een mythe. Deze vlek in de geschiedenis blijft.’’

Eyeopener

Sociale en geografi­sche isolatie is een belemme­ring geweest voor de integratie van Molukkers

Fridus Steijlen

Uit het Molukse verhaal zijn veel lessen te trekken voor het huidige integratiebeleid, zegt Steijlen. Het idee van tijdelijkheid speelt een belangrijke rol bij de huidige asielzoekers. ,,Daar wordt nergens aan gerefereerd. Sociale en geografische isolatie is een belemmering geweest voor de integratie van Molukkers. Ze werden opgesloten in een wachtkamer. Het is geen keuze tussen zwart of wit, tussen participeren of weggaan. Tijdelijkheid kan ook samengaan met deelnemen aan de samenleving.’’

De Molukse gijzelingsacties waren een eyeopener voor de Nederlandse overheid. De Molukkers kregen meer inspraak en er werden projecten opgezet tegen drugsverslaving en om jongeren aan een baan te helpen. ,,De overheid en de Molukse gemeenschap waren zo gefixeerd op die tijdelijke politieke agenda dat men het probleem van de toenemende drugs en werkloosheid niet zag.’’

Het bijzondere beleid voor Molukkers is inmiddels verdwenen. Met de komst van Turkse en Marokkaanse gastarbeiders verschoof de aandacht naar de problemen van – vooral Marokkaanse – jongeren.

,,Dat is begrijpelijk’’, zegt Steijlen. ,,De migratiegeschiedenis van Turken en Marokkanen is anders. De samenleving is nu complexer als het gaat om loyaliteit en identiteit. Marokkanen hebben te maken met discriminatie op de arbeidsmarkt, criminaliteit en jihadisme. Als je in het kielzog daarvan sociaal-economisch buiten de boot valt, is de kans groter dat jongeren afglijden. Er worden weinig lessen getrokken uit het Molukse verhaal.’’

Fakkel

De Molukse gemeenschap in Nederland telt inmiddels bijna vijf generaties (50.000 mensen). Jongere generaties voelen zich cultureel en spiritueel verbonden met de Molukken. De RMS is slechts slechts ‘een fakkel om het ideaal warm te houden’.

Nog steeds bestaan er in gemeenten Molukse wijken. Dat zijn volgens Steijlen lieux de mémoire, belangrijke plekken van herinnering. ,,Ik weet niet of ze ooit zullen verdwijnen. De Molukse wijk is nog levend zolang de mensen die er wonen het belangrijk vinden om ze in stand te houden.’’

Er wordt gewerkt aan een nationaal monument voor de Molukkers op de Lloydpier in Rotterdam, waar de meeste Molukkers in 1951 per schip aankwamen. ,,Nu de tijdelijkheidsgedachte weg is, is niet het het moment van vertrek uit Indonesië belangrijk, maar het moment van aankomst op die pier. Daar begon hun verhaal hier. Een monument is de erkenning dat Molukkers onderdeel zijn van de Nederlandse geschiedenis.’’

Bron: Algemeen Dagblad – Fridus Steijlen

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *