Linda Uyleman vertelt het verhaal van Indische en Molukse migranten in Nederland

Linda Uyleman vertelt het verhaal van Indische en Molukse migranten in Nederland

ROTTERDAMMERS Linda Uyleman (60) wil met haar Indo-groep op Facebook meer erkenning voor de eerste generatie Indische en Molukse migranten in Nederland. ,,Onze geschiedenis moet worden verteld.

‘Elke keer als ik het moeilijk heb, denk ik aan het zware leven van mijn moeder. Ze heeft zoveel meegemaakt: haar moeder jong verloren, in kloosters gewoond, in een jappenkamp gezeten, acht kinderen op de wereld gezet. Nooit heb ik haar horen klagen. 

In 1955 vluchtte ze uit Indonesië naar Nederland. Ze wilde niet weg, maar had geen keus. De opa van mijn vader en de vader van mijn moeder hadden gevochten bij het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger (KNIL). Na de onafhankelijkheid van Indonesië, was de complete familie het leven niet meer zeker.

De opa van mijn vader en de vader van mijn moeder hadden gevochten bij het Koninklijk Neder­landsch-In­disch Leger (KNIL). Na de onafhanke­lijk­heid van Indonesië, was de complete familie het leven niet meer zeker.

Hoogzwanger en met vier kleine kinderen aan haar zijde kwam mijn moeder aan op Schiphol. Haar eerste kennismaking met een Nederlander, was met een taxichauffeur. Die belazerde haar door een astronomisch bedrag te vragen voor een ritje naar een pension in Baarn. Daar kreeg ze een kamertje toegewezen op de hoogste verdieping. Later kwam mijn vader aan.

Ondanks hevige heimwee naar hun vaderland, probeerden mijn ouders het leven in Nederland weer op te pakken. Met veel strijd zorgde mijn vader ervoor dat we een gezinswoning kregen in Hilversum. Wij hebben daar een mooie jeugd gehad, maar vooral mijn vader was niet gelukkig in Nederland.

Wel ging hij als koeltechnicus aan de slag om onze studies te kunnen bekostigen, ondersteund door mijn moeder, die naast het huishouden, een baantje had in de soepfabriek van Knorr. ‘We zijn nu in Nederland, dus passen we ons aan en maken we er het beste van’, zeiden mijn ouders. Alle kinderen hebben gestudeerd. Ik heb belastingrecht gedaan.”

Pinda

,,Toch was het leven in Nederland niet altijd even gemakkelijk. Het land zat middenin de wederopbouwfase na de Tweede Wereldoorlog. Mensen hadden niet zoveel. ‘Indo, ga terug naar je eigen land’, klonk het vaak. Op het schoolplein werd ik uitgescholden: ‘Linda, pinda, poepchinees.’ Wij zwegen en beseften: we zijn te gast in hun land, dus moeten we ons nederig opstellen. Niet voor niets staan wij bekend als het zwijgzame volk. Bij de nieuwe generatie migranten in dit land, vandaag de dag, gaat dat wel even anders. Als je ziet wat zij allemaal eisen en krijgen!? Dat is ongelooflijk.

Uit respect voor mijn moeder, die op haar 84ste overleed aan de gevolgen van leukemie, en opdat het verhaal van alle andere Molukse en Indische migranten niet vergeten wordt, ben ik in 2008 de Indogroep op Hyves begonnen. Er bleek vraag naar een online groep, waarin mensen verhalen uitwisselen over de Indocultuur. Al snel hadden we 8000 leden. Dat zijn er, inmiddels op Facebook, ruim 36.000 geworden.

Mijn verhaal is het verhaal van een meisje dat op haar vijftiende verliefd wordt op een Molukse jongen.

De geschiedenis van de Indische en Molukse migranten moet worden verteld. Het verhaal van de soldaten, die hebben gevochten voor Nederland en hun eigen land daardoor moesten verlaten. Een verhaal dat een prominentere plek in de geschiedenisboeken verdient.

Daarbij: Spanjaarden hebben ontmoetingscentra, Marokkanen en Turken moskeeën en theehuizen, maar wat hebben wij? Dan maar een online-community met veel mooie, soms persoonlijke, levensverhalen.

Mijn verhaal is het verhaal van een Indisch meisje dat op haar  vijftiende verliefd wordt op een Molukse jongen. In 1979 zijn we getrouwd, twee jaar na de treinkaping van de Molukkers, die aandacht vroegen voor hun uitzichtloze situatie in Nederland. Hij woonde in Hoogvliet, ik in Hilversum, dus reisden we vaak met de trein. Dat leverde weleens felle discussies op: ‘Wat moeten jullie hier?’ Werden we gezien als treinkapers.

Al snel raakte ik zwanger, maar het is niet goed gegaan. Een moeilijke periode in mijn leven volgde, want ik bleek ook aan een chronisch darmziekte te lijden. Daarna is het er nooit meer van gekomen. Spijt? Nee. Leven en laten leven, zeg ik altijd. Bovendien ben ik gescheiden en inmiddels gelukkig samen met mijn huidige partner, die al kinderen heeft.

De geschiedenis van de Indische en Molukse migranten moet worden verteld. Het verhaal van de soldaten, die hebben gevochten voor Nederland en hun eigen land daardoor moesten verlaten. Een verhaal dat een prominentere plek in de geschiedenisboeken verdient.

Daarbij: Spanjaarden hebben ontmoetingscentra, Marokkanen en Turken moskeeën en theehuizen, maar wat hebben wij? Dan maar een online-community met veel mooie, soms persoonlijke, levensverhalen.

Mijn verhaal is het verhaal van een Indisch meisje dat op haar  vijftiende verliefd wordt op een Molukse jongen. In 1979 zijn we getrouwd, twee jaar na de treinkaping van de Molukkers, die aandacht vroegen voor hun uitzichtloze situatie in Nederland. Hij woonde in Hoogvliet, ik in Hilversum, dus reisden we vaak met de trein. Dat leverde weleens felle discussies op: ‘Wat moeten jullie hier?’ Werden we gezien als treinkapers.

Al snel raakte ik zwanger, maar het is niet goed gegaan. Een moeilijke periode in mijn leven volgde, want ik bleek ook aan een chronisch darmziekte te lijden. Daarna is het er nooit meer van gekomen. Spijt? Nee. Leven en laten leven, zeg ik altijd. Bovendien ben ik gescheiden en inmiddels gelukkig samen met mijn huidige partner, die al kinderen heeft.

Ondanks hevige heimwee naar hun vaderland, probeerden mijn ouders het leven in Nederland weer op te pakken. Met veel strijd zorgde mijn vader ervoor dat we een gezinswoning kregen in Hilversum.

Bron : ad.nl – linda uyleman vertelt het verhaal – door Marcel Wijnstekers

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *