RIJSSEN – Zaterdagmiddag is aan de Graaf Ottostraat het monument onthuld dat herinnert aan de KNIL-militairen die in Rijssen in de Molukse wijk gewoond hebben. Het KNIL is het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger (KNIL) dat tot 1950 heeft bestaan en een grote rol heeft gespeeld in het toenmalige Nederlands-Indië, het huidige Indonesië.
In het KNIL vochten veel Molukse soldaten die na de Tweede Wereldoorlog in Nederland terechtkwamen in afwachting van de beloofde stichting van de Vrije Republiek der Zuid-Molukken (RMS). Deze zelfstandige republiek is er door tegenwerking van de grootmachten echter nooit gekomen. De Molukse KNIL-militairen met hun gezinnen bleven daardoor noodgedwongen in Nederland waar ze in verschillende Nederlandse gemeenten terechtkwamen.
Teripang
Ook in Rijssen is sinds 1961 een Molukse gemeenschap. Ze zijn neergestreken in de Graaf Ottostraat, de De Ruyterstraat en de Keampe. Zij komen van de eilanden Tanimbar en Banda. In 1964 kwamen daar ook de families van de Kei-eilanden bij. In dit gedeelte van Rijssen staat ook het kerk- en gemeenschapsgebouw van de Molukse Stichting Teripang, genoemd naar de zeekomkommer die zowel op Tanimbar als Kei voorkomt.
Zwerfkei
Het nieuwe monument heeft een plaats gekregen voor de ingang van het gebouw van de Stichting Teripang aan de Graaf Ottostraat. De Rijssense steenhouwer Justin de Jong leverde een bijna 2 meter hoge zwerfkei die hij overlangs doorzaagde. In de aldus ontstane gladde voorkant zijn 39 namen gebeiteld met de geboorte – en overlijdensdatums van de KNIL-militairen die in Rijssen hebben gewoond. De eerste naam is Abraham Batlajery (1925 – 1971) en de namenrij sluit af met Joel Hoekoeboen (1926 – 2019). De overlijdensdatum van de KNIL-militairen was leidend voor de volgorde van vermelding.
Jongeren
Molukse mensen uit alle delen van het land waren zaterdagmiddag naar Rijssen gekomen. Een muziekgroep, bestaande uit vooral jonge Molukkers, zorgde voor passende muziek op tifa (Molukse trommel), gong en suling (fluit). De feestelijke onthulling was een buitengebeuren en het weer werkte geweldig mee. De stoelen voor de genodigden stonden in een halve cirkel rond het te onthullen monument. Na een welkomstwoord werd de bijeenkomst begonnen met gebed en het gezamenlijk zingen van het Maleise lied Api Injil, dat “Het vuur van het Evangelie” betekent. Het geloof speelt een grote rol als samenbindende factor van de Molukse gemeenschap.
Eerbetoon
Burgemeester Jurgen van Houdt en wethouder Erik Wessels waren aanwezig. Van Houdt voerde het woord namens de gemeente Rijssen-Holten. Hij sprak van herinnering en eerbetoon. “Het monument is een onderdeel van de geschiedenis van de Molukse gemeenschap en onze gastvrije stad en symboliseert een belangrijk hoofdstuk in onze Nederlandse geschiedenis. Op deze dag, 11 mei 2024, eren wij 73 jaar aanwezigheid van Molukkers in Nederland en in het bijzonder de 39 voormalige KNIL-militairen die met hun families in onze gemeenschap kwamen wonen vanaf mei 1961.”
Zwerftocht
Volgens Van Houdt staat de gedenksteen symbool voor de zwerftocht van de eerste Molukkers in Nederland. “Een tocht die begon in 1951, toen ongeveer 12.500 KNIL-militairen hier werden opgevangen. Zij werden geconfronteerd met een onzekere toekomst, ver weg van hun thuisland, zonder plek om naar terug te keren en zonder warme ontvangst. Maar door de jaren heen hebben ze hun wortels diep in onze samenleving geplant. Hun nalatenschap leeft voort in onze Molukse wijk in Rijssen.” Van Houdt zei het ontroerend te vinden hoe de derde en vierde generatie Molukkers, de Stichting Teripang en andere betrokkenen, de gedenksteen hebben opgericht en de herdenkingsceremonie hebben georganiseerd om de geschiedenis hun voorouders te eren en te bewaren. Hij bracht zijn felicitaties, respect en waardering over aan de Stichting Teripang en alle Molukse inwoners van Rijssen-Holten en de regio. “Het is een blijk van respect en erkenning voor de bijdragen die jullie hebben geleverd aan onze gemeenschap. Laten we dit monument koesteren als een symbool van eenheid en verbondenheid en laten we de herinnering aan de Molukse gemeenschap in Rijssen-Holten levend houden voor de generaties die komen.”
Massada
Na toespraken door onder andere nabestaanden van de KNIL-militairen, sprak voorganger Charles Ringringulu die werd aangekondigd als “oom Charles”. Hij doorbrak de officiële sfeer en zorgde voor enige hilariteit toen hij zich tot de burgemeester richtte. “Na 73 jaar staat hier een KNIL-monument. Als ze tegen mijn vader hadden gezegd: dit gaat 73 duren, dan had hij misschien wel gezegd: “Börgemeaster, bekiek het mear, viej goat terugge” en hadden we vandaag hier niet gestaan.” Ringringoeloe zei overigens niet met slechte gevoelens terug te kijken. “De Molukse mensen hebben gezorgd voor een kleurrijke inbreng in Nederland. Het is goed voor de diversiteit in Rijssen.” Het waarom van de zwerftocht van de Molukkers legde hij in de hand van God. Hij citeerde daarbij de Bijbel uit Spreuken 16: “Het hart van een mens overdenkt zijn weg, maar de HEERE bestuurt zijn voetstappen.” Na de toespraken werd de Maleisische song Sajang é van Massada ten gehore gebracht, waarvan de vertaling luidt: zoek geen kracht in andere levens / Vertrouw op God, hij zal de weg wijzen / Wie ongelijk heeft, wie gelijk heeft, ziet God.” De buren van de Graaf Ottostraat brachten felicitaties over bij monde van Herman Broeze en Willy Hebbink. Zij overhandigden een envelop met inhoud.
Onthulling
Hierna werd onder begeleiding van de klanken van de Molukse muziekgroep langzaam het doek van het monument gehaald door Molukkers van de eerste generatie: oma Martina Toeanoeboen-Boeswarin en Esther de Mooy-Masela. Esther kwam in de plaats van haar moeder – oma Masela – want zij kon er niet bijzijn. Haar lichamelijke toestand liet het niet toe en daarom leefde zij vanuit het verzorgingshuis op afstand mee. Na de onthulling legde onder andere burgemeester Van Houdt bloemen bij het monument namens de gemeente Rijssen-Holten. Ook andere organisaties legden bloemen. Een trompetblazer van Muziekvereniging Wilhelmina en een van de jongste leden van de Molukse gemeenschap bliezen gezamenlijk de taptoe. Hierna werd een minuut stilte in acht genomen. De bijeenkomst werd gesloten met dankgebed waarna velen van de gelegenheid gebruik maakten om elkaar te ontmoeten en na te praten.
Door Gerrit Dannenberg / Fotograaf: Jan Joost en Lucas Labobar