De kreukels van vroeger kan ik nu pas gladstrijken

De kreukels van vroeger kan ik nu pas gladstrijken

Dit ben ik Iedereen heeft verschillende identiteiten. Hoe worden we wie we zijn? De week: Cüneyt Özguven (41) die in zijn leven 27 keer verhuisde en nu pas tot rust komt.

WIE IS

Gymleraar Cüneyt Özguven (41) uit Den Haag kwam als kind van Turkse afkomst in een Moluks pleeggezin terecht. ‘Het is mijn redding geweest.’

‘Het leven is een storm. Als je kalm kunt blijven in die storm, het rechte pad kunt bewandelen, is dat een vrede die je vindt in jezelf. Ik heb altijd mijn pad gezien.

„Ik ben geboren in Amsterdam-Oost. Mijn moeder heeft schizofrenie. Zij en mijn vader zijn gescheiden rond mijn achtste. Mijn vader moest in militaire dienst in Turkije. Toen hij weg was heeft mijn moeder brand gesticht in huis en me ook weleens met een mes achternagezeten. Na twee maanden kwam mijn vader terug en waren wij, vier kinderen, uit huis geplaatst. De oudste twee waren al bij familie van mijn vader, mijn broertje en ik kwamen in een kindertehuis. Van daaruit ging ik naar steeds een ander tehuis.

„Op mijn elfde kwam ik bij een Moluks-Nederlands pleeggezin in Woerden. Daar ben ik gebleven. Ik denk dat ik de enige Nederlander ben die vanuit een Turkse achtergrond bij een Moluks gezin is gekomen. Het is mijn redding geweest. Woerden was voor mij de juiste stad. Niet te groot, en met een hechte Molukse gemeenschap waar ik bij hoorde. Ik werd niet anders behandeld. Ze zeiden: je bent gewoon een neef. Voor mijn oma was ik een van de kleinkinderen. Als er geld werd uitgedeeld, dat was gespaard door familie op de Molukken, kreeg ik ook wat. Mijn pleegmoeder was 27 toen ik kwam, en nam vijf pleegkinderen in huis. Zo knap. Mijn pleegvader werkt voor jeugdzorg, een heel lieve man. Hun twee zoons zijn mijn broers geworden.

„In Woerden kreeg ik een vriendengroep, sommigen zie ik nog steeds. Omdat ik voetbalde in de selectie kwam ik hoger in aanzien. Ik ging training geven. Na de mavo begon ik een mbo-opleiding voor sportleider, later deed ik de hbo-opleiding tot gymleraar.

‘Ik werd niet anders behandeld. Ze zeiden: je bent een neef’

„Ik heb een bodem, gevormd door jarenlange liefde. Maar ik ben ook weleens door die bodem gezakt. Ik ben geholpen door mensen, gered door mensen. De gaten in je leven moet iemand voor jou vullen.

‘Op mijn zeventiende gingen mijn pleegouders uit elkaar. Ik kwam op mezelf te wonen. Daar was ik niet aan toe. Ik stopte met mijn mbo-opleiding, zocht werk. Op een zeker moment had ik ook geen baan meer. Ik kreeg schulden. Een Molukse oom, hij is dakdekker, zei: dan kom je bij mij. Keihard werken, met loodzware rollen moest ik het dak op. Zo leerde ik afzien. Mijn voetbaltrainer en mijn oom hebben me gestimuleerd om toch mijn opleiding af te maken. Ze zeiden: ga terug naar school, er gaat een wereld voor je open. Dat heb ik gedaan. Ik kon stage lopen bij de KNVB, bij Excelsior. Dan merk je: een opleiding leidt ergens toe.

„Sinds 2009 ben ik gymleraar op een middelbare school in hartje Den Haag. Veel leerlingen van Marokkaanse, Turkse, Hindoestaanse afkomst. De maatschappij is divers en wordt steeds complexer. Niet alle mensen kunnen dat aan. Ik denk: in plaats van kinderen alleen te leren bewegen moeten we ze ook opvoeden. Ik kan ze ook levenslessen geven.

„Van mezelf kan ik niet zeggen: ik ben Turks, of Moluks, of Nederlands. Ik ben dat allemaal. Mijn vrouw, zij is Hindoestaans en moslim, heeft moeten leren hoe mijn achtergrond in elkaar zit.

„Van geboorte ben ik Turks. Mijn Nederlandse paspoort kreeg ik pas in 1987, terwijl ik nooit ergens anders heb gewoond. De Turkse nationaliteit heb ik ook nog steeds. Waarom niet, ik heb er geen last van. Zo’n paspoort zegt niets. Ik spreek weleens Nederlanders die niet weten wie Willem de Zwijger is. Ik weet dat wel. Maar moet dat?

„Ooit trouwde ik bijna met een Turks meisje. Zes weken voor de bruiloft heb ik er vanaf gezien. Ik zou voor haar naar Enschede verhuizen en alles verliezen wat ik had opgebouwd. Mijn opleiding, mijn vriendschappen in Woerden. Op een vakantie in Turkije praatte ik erover met mijn vader. Hij begreep het. Hij zei: je moet het zelf weten. Het wordt jouw familie, niet de mijne. Daarin vond ik de vader terug die ik als kind had willen hebben.

‘Ik heb dingen bereikt. Daar ben ik trots op. Mijn twee zoontjes hebben alles. Een huis met een tuin. Een zolder die ik heb verbouwd, met gymnastiekattributen. Ik studeer weer, een master onderwijskunde.

„Het is een lange reis geweest. Daar word je moe van. In mijn leven ben ik 27 keer verhuisd. Voor het eerst woon ik ergens langer dan drie jaar. In die drie jaar was ik constant aan het veranderen. Dat is het effect van altijd in de overlevingsmodus staan. Door mijn vrouw ben ik tot rust gekomen. Zij bracht structuur in mijn leven, leerde me dat ik niet constant hoef te veranderen. De kreukels van vroeger kan ik nu pas gladstrijken.

„Mijn directeur vroeg laatst: waar ben je over vijf jaar. Ik zei: waarom moet ik dat weten. Mijn gezin moet even liggen, in een zijtak van het kanaal. Even rusten. Genieten. Dan gaan we het water weer op.”

Bron : nrc.nl – de-kreukels-van-vroeger-kan-ik-nu-pas-gladstrijken

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *